Onderstaand een begrippenlijst voor effectapparatuur en de termen die gebruikt worden. Ze zijn in alfabetische volgorde en mettertijd bijgewerkt worden.
Met Amp modeling kan het geluid van verschillende klassieke versterkers geëmuleerd worden. Hierbij wordt door een slimme digitale techniek het geluid van bepaalde versterkers gesimuleerd, waarbij jij als gitarist op het geluid van dergelijke versterkers kunt spelen. Hierdoor kan bijvoorbeeld op het geluid van een Fender Twin Reverb of een Marshall JCM800 gespeeld worden.
Het is een handige manier om snel van andere geluiden te kunnen wisselen zonder er fysiek een te bezitten.
Buffered bypass (gebufferde omleiding): In een buffered bypass-configuratie wordt het binnenkomende signaal door een elektronische buffer geschakeld voordat het naar de uitgang gaat. Deze buffer kan helpen om het signaal te versterken en te optimaliseren voor langere signaalkabels en complexe signaalpaden. Sommige spelers verkiezen dit omdat het kan helpen bij het behouden van hoge frequenties en het voorkomen van signaalverlies in lange kabels
Als nadeel wil ik daar aan toe voegen dat het voor puristen niet de voorkeur heeft, aangezien zij voorkeur geven aan een directe doorvoer, zoals de “True bypass”.
Bypass is een term die veel wordt gebruikt bij de stompboxen of gitaar effectpedalen. Het verwijst naar de mogelijkheid om het effect aan of uit te zetten. Wordt het signaal ongewijzigd doorverwezen naar de output van de stompbox, dan spreken we van een bypass. Het wordt ook wel “True bypass” genoemd.
Dit is ook een zeer gewenste functie van het pedaal voor veel gitaristen. Als het pedaal uit staat, wil je geen beïnvloeding hebben van de uitgeschakelde pedaal.
Met cabinet modeling kunnen verschillende klassieke cabinets worden geëmuleerd. Het is een aanvulling op Amp modeling, waar op dezelfde manier klassieke tonen worden gesimuleerd.
Wat is chorus? Chorus heeft meerdere betekenissen, afhankelijk waar het woord gebruikt wordt. In een muziekstuk verwijst het naar het deel wat vaker opnieuw gezongen wordt, het refrein. Ook kan men verwijzen naar een groep muzikanten die samen spelen of zingen.
Het chorus effect voor je gitaargeluid wordt gebruikt om een ruimtelijker, voller geluid te creëren. Chorus wordt vooral veroorzaakt door een audiosignaal te dupliceren en daarbij een lichte variatie in toonhoogte en een vertragingstijd aan toe te voegen. Zo lijkt het alsof meerdere instrumenten gelijktijdig gespeeld worden.
Het chorus effect behoort tot de “Modulatie” familie.
Het is in sommige situaties een mooie verrijking op je gitaargeluid. In dit artikel lees je meer over de delay als effectpedaal.
Het compressor effect wordt gebruikt om de dynamiek van het geluidssignaal onder een bepaald drempelniveau te houden. Hetgeen inhoudt om bepaalde pieken in je gitaargeluid te onderdrukken en gelijkmatiger te maken. De luidere en zachtere delen worden beter controleerbaar, waardoor het mixen makkelijker wordt. Het doel is dus om het algehele geluid te verbeteren, maar het dient wel goed ingesteld te staan, want het kan het geluid ook verslechteren.
Het is een van de effecten waarbij veel gitaristen zich afvragen “wat moet ik ermee”, maar het kan in sommige situaties wel degelijk een waardevol effect hebben op je geluid. Het kan heel krachtig klinken wanneer de parameters goed zijn ingesteld.
In dit artikel lees je meer over de compressor als effectpedaal.
De betekenis van delay is vertraging.
Het delay effect veroorzaakt een vertraging in het geluidssignaal. Door gebruikmaking van de tijd en het geluidsignaal te herhalen en vermenging met het originele geluidssignaal krijg je een herhalend echo-achtig effect op je gitaargeluid. Het geluid wordt er ruimtelijker, voller en dieper van.
In dit artikel lees je meer over de delay als effectpedaal.
Wat is distortion?
Het distortion effect is een oversturing van een bepaald signaal. Distortion ontstaat in principe door je versterker over te belasten. In de begindagen gebruikte men versterkers om zwakke signalen van bijvoorbeeld microfoons voor het opnemen van blazers. Soms kon het signaal zo sterk zijn, dat de versterker dus overbelast werd. Hierdoor ontstond er een vervorming op het signaal, dat in deze situaties niet gewenst was. Zo ontdekte sommige technici dat het in sommige muziekstijlen wel degelijk een gewenst en interessant signaal zou kunnen zijn, en begon men met experimenteren met dit effect. Dus begon men met het manipuleren van versterkers en zo is de distortion sound geboren.
In dit artikel lees je meer over de distortion als effectpedaal.
Het flanger effect is een uniek, zweverig geluid dat doet lijken alsof er een vliegtuig overvliegt. Anders gezegd, wordt van het geluidssignaal 2 identieke signalen gecombineerd waarbij een lichtjes wordt vertraagd en dan weer in het geluidssignaal vermengd wordt. Hierdoor ontstaan een reeks zwevende effecten, veroorzaakt door de faseverschuiving van de 2 signalen.
Het flanger effect behoort tot de “Modulatie” familie.
In dit artikel lees je meer over de flanger als effectpedaal.
Het Fuzz effect is weer net iets anders als het distortion of overdrive effect. Een fuzz effect kan nog een portie agressiever klinken als een distortion. Het fuzz effect wordt gecreëerd door het versterkte signaal door een speciaal distortion circuit te sturen dat en de golfvorm versterkt en de boventonen versterkt. Hierdoor ontstaat dat typische knarsende en krachtige geluid dat we kennen van het fuzz effect.
In dit artikel lees je meer over verschillende fuzz effectpedals.
Een gitaarbuffer pedaal, ook wel bekend als een bufferbox of een signaalbuffer, is een apparaat dat wordt gebruikt voor gitaar- en basgitaaropstellingen om het signaal te versterken en te optimaliseren terwijl het door lange signaalketens loopt zoals effectpedalen. Lange kabels en het aansluiten van meerdere effectpedalen op elkaar kunnen leiden tot signaalverlies en hoge frequentieverlies, waardoor je geluid dof en zwak kan klinken. Een buffer pedaal kan helpen om deze problemen te verminderen.
De level wordt gebruikt om het volume of de sterkte van het uitgangssignaal te bepalen.
Een modulatie effect verandert de eigenschappen van een geluidssignaal in bepaalde periodieke variaties. Het geeft een bewegend, levendig geluid door wat veranderingen aan te brengen in het originele geluid.
Modulatie effecten worden zowel analoog als digitaal gebouwd.
Modulatie effecten zijn:
Het octaver effect kan het geluid van een instrument of stem veranderen door het een of 2 octaven te verhogen of te verlagen. Hierdoor kan het lijken alsof het uitgangsgeluid van een totaal ander instrument afkomt en kan een enkele toon (noot) klinken alsof het een akkoord is.
Octavers dupliceren het inkomende geluid en splitsen de tonen in tweeën, afhankelijk van een aantal instellingen.
Hoeveel octaven heeft een gitaar? Een gitaar heeft normaal gesproken 6 snaren. Afhankelijk van de stemming verschillen de tonen, maar een enkele snaar kan verschillende octaven bevatten. Wanneer je bijvoorbeeld de 12de positie indrukt, heb je ten opzichte van desbetreffende losse snaar een octaaf te pakken. Kun je op dezelfde snaar nog eens 12 posities verderop pakken, sommige gitaren hebben 24 posities, dan ben je nog een octaaf verder.
In dit artikel lees je meer over de octaver als effectpedaal.
Het overdrive effect wordt bereikt door door het gitaarsignaal te versterken en te laten “klippen”. Een gitaarsound bestaat uit een sinusvormige golf, wanner je de toppen gaat vlakken van die sinus, krijg je vervorming waardoor het signaal wordt afgekapt en zich laat horen als een ruwe schurende klank. De “natuurlijke” overdrive krijg je door een versterker hard te zetten waarop het signaal gaat vervormen.
Van dit fenomeen wordt echter ook dankbaar gebruik gemaakt in effectpedalen. Overdrive en distortion hebben overeenkomsten, maar toch zijn er verschillen Overdrive is een wat subtielere en mildere vervorming als distortion. Overdrive klinkt een stuk warmer, en heeft een buizigere klank. Overdrive heeft meer weg van een overstuurde gitaarversterker, distortion meer van een echte effectpedaal waarbij het circuit gemodificeerd is om de vervorming grover te maken.
In dit artikel lees je meer over de overdrive als effectpedaal.
Het phaser effect lijkt wel wat op het flanger effect. Ook hier wordt een zwevige sfeer gecreëerd door de signalen te splitsen en in fase te verschuiven. Er zijn echter een aantal detail verschillen. Zo wordt er gezegd dat een phaser een wat subtielere vloeiender effect is als een flanger. Een flanger creëert een wat meer dramatisch en ruimtelijker effect.
In dit artikel lees je meer over de phaser als effectpedaal.
De term patch wordt vaak gebruikt wanneer men een reeks parameters van meerdere effecten heeft gemaakt. De term wordt vaak gebruikt bij effectprocessoren, drummachines of synthesizers. In feite is het een vooringesteld geluid, dat je via de software hebt vastgelegd. Door meerdere patches vast te leggen, kun je dan makkelijk switchen van het ene naar het andere geluid.
Met een preset wordt bijna hetzelfde bedoeld als een patch. De 2 termen worden door elkaar gebruikt, ze verwijzen allebei naar een vooringestelde specifieke instelling.
Maar wat is preset dan precies? Officieel is een preset altijd een een opgeslagen instelling in de geheugenbank van bijvoorbeeld een effect processor, terwijl een patch ook een fysieke bekabeling kan zijn een een analoog apparaat zoals een stompbox en/of effectpedal.
Reverb wordt ook wel galm genoemd, en is een akoestisch effect dat ontstaat wanneer geluidsgolven zich verspreiden en reflecteren in een omgeving met vooral harde oppervlakken.
Maar wat is reverb nu eigenlijk? Door reverb wordt het geluidssignaal voller, dieper en ruimtelijker. Reverb wordt ook veel toegepast voor de zang wanneer een omgeving te dood is en geen natuurlijke galm creëert. Maar natuurlijk ook voor gitaargeluiden wordt er veel gebruik gemaakt van reverb.
Reverb heb je in vele soorten:
Reverb kan verschillende sferen opwekken, tot wel een spookachtige sfeer.
In dit artikel lees je meer over de reverb als effectpedaal.
Tap tempo is een functie die wordt gebruikt om de snelheid van een effect te synchroniseren met de muziek. Meestal zit er een knop op het apparaat, en door te tikken op het ruimte van de muziek, kun je het tempo (de maat) van de muziek gelijk zetten. Anders dan met een draaiknop waarbij je het tempo zou kunnen instellen.
Dit kan handig zijn in bijvoorbeeld een live-optreden waarbij de snelheid van het effect wordt aangepast aan de maat van het muziekstuk wat gespeeld wordt.
Ook op drumcomputers is dit een handige functie, waarbij je snel even het tempo kan aanpassen wanneer je net langzamer of sneller wilt gitaarspelen.
Een tuner wordt ook wel een stemapparaat genoemd.
Een stompbox wordt ook wel effectpedaal of effect pedal genoemd. Een stompbox is gemaakt van een stevige metalen behuizing, aangezien het wat te verduren krijgt op een podium. Hier zijn verschillende kwaliteiten van verkrijgbaar, en ook de prijzen verschillen nogal. Ieder effect heeft wel zo’n beetje een stompbox. Er zijn eenvoudige stomppoxen verkrijgbaar maar ook heel eenvoudige.
Op iedere stompbox kun je verschillende instellingen maken, afhankelijk welk soort effect je hebt.
Stompboxen zijn populair bij gitaristen omdat ze gewoon eenvoudig en simpel in te stellen zijn. Ze zijn weer terug van weggeweest, want rond 90er jaren waren de effectprocessoren zeer populair. Maar de stompbox is weer “in”.
In dit artikel lees je meer over stompboxen.
True bypass (echte omleiding) is een term die veel wordt gebruikt bij de stompboxen of gitaar effectpedalen. Het verwijst naar de mogelijkheid om het effect aan of uit te zetten. Wordt het signaal ongewijzigd doorverwezen naar de output van de stompbox, dan spreken we van een bypass. Het wordt ook wel “True bypass” genoemd.
Dit is ook een zeer gewenste functie van het pedaal voor veel gitaristen. Als het pedaal uit staat, wil je geen beïnvloeding hebben van de uitgeschakelde pedaal.
In een true bypass-configuratie wordt het binnenkomende signaal rechtstreeks doorgestuurd van de ingang naar de uitgang van het pedaal zonder enige actieve elektronische verwerking. Met andere woorden, het effectpedaal is volledig uitgeschakeld en heeft geen invloed op het geluidssignaal. Dit wordt vaak gezien als de meest transparante methode, omdat het pedaal geen invloed heeft op het geluid wanneer het niet in gebruik is.
Als nadeel wil aanvoeren dat problemen kan veroorzaken met signaalverlies en vooral hoge tonen verlies in situaties met veel pedalen en lange kabels.
Het wah effect wordt veel gebruikt in het gitaarspel, vooral in solo’s. Het produceert een wisselend klankfilter-effect door een frequentieband (bereik) van het geluidssignaal selectief te versterken en te dempen. Meestal gebeurt dit aan de hand van een voetpedaal die naar boven en naar beneden wordt gedrukt, en daarbij een potmeter bedient die zorgt dat het signaal dynamiek wordt versteld.
Het gevolg is dat je een wah-ow-wah geluid geluid krijgt, afhankelijk van of de pedaal boven of onder staat.
Vanuit je gitaar wordt je gitaar versterkt via een versterker. Een “kale” versterker versterkt je gitaarsignaal alleen maar, dat wordt gecreëerd via je elementen. Op die manier heb je alleen maar het directe geluid dat van je snaren afkomt. Gitaar effecten zorgen er voor dat het interessanter wordt en de mogelijkheden eindeloos worden.
Gitaar effecten vervormen je signaal, voegen iets toe aan je signaal of creëren nieuwe geluiden wat met het onbewerkte gitaarsignaal niet mogelijk is. Dit kunnen allerlei verschillende effecten zijn, en afhankelijk wat je met je gitaargeluid wilt bereiken. Er bestaan namelijk zoveel verschillende effecten, maar in de basis kun je ze indelen in verschillende groepen (families):
In dit artikel vertel ik er meer over.
De volgorde voor gitaarpedalen is vooral belangrijk bij losse effectpedalen, ook wel stompboxen genoemd. Waarschijnlijk vraag je je zelf vaker af, wat is nu de exacte volgorde. In principe is er geen vaste volgorde, maar zijn er wel een paar richtlijnen.
Daar waar je gitaar signaal binnen komt zet je meestal je stemapparaat (de tuner). Het is namelijk wel het fijnste dat dit signaal zo zuiver mogelijk is en je gitaar dan ook op die manier het zuiverste gestemd kan worden.
De dynamische effecten zijn als eerste aan de beurt, een compressor, limiter, noisegate worden hier geplaatst. Deze effecten maken het signaal wat regelmatiger en kunnen ruis verminderen.
Daarna volgen de filtereffecten en distortion/overdrive/fuzz effecten, ze vervormen en versterken het signaal.
Wanneer je een FX-loop (Send en Return) hebt, zet je de modulatie effecten zoals chorus, flanger, phaser in deze loop. Wanneer er geen FX-loop aanwezig is, kun je ze als volgende in de keten zetten.
Na de modulatie effecten volgen de tijd gebaseerde effecten zoals delay en reverb.
Maar nogmaals, dit is geen keiharde regel. Het is ook goed om te experimenteren met de volgorde en te kijken wat voor jou goed werkt. Als jij een bepaalde gitaar effect pedaal op een andere plek fijner vindt klinken, is dat ook goed.
Het voorgaande geldt dus vooral voor als je losse effectpedalen hebt. Maar wat als je liever veel effecten in een wilt hebben? Dat kan namelijk ook, hier heb je effectprocessoren voor. Dit zijn apparaten waar meerdere effecten in een box zitten. Ze bevatten digitale signaalverwerkingschips die de input van de gitaar verwerken en verschillende effecten kunnen creëren. Afhankelijk van welk type je hebt, heb je breed scala van effecten ter beschikking. Als je meer wilt weten over deze effectprocessors, zou je eens hier kunnen kijken.
Groot voordeel van een effectprocessor is dat deze kosteneffectief is. Als je alles bij elkaar optelt wat je de stompboxen kosten, heb je al snel een effectprocessor bij elkaar. En met een effectprocessor zou je nog altijd een stompbox kunnen toevoegen, vaak hebben ook effectprocessors met een voorversterker (waarmee distortion en overdrive wordt gecreëerd) een FX-loop.
Een nadeel ten opzichte van stompboxen is dat je niet zo makkelijk tussendoor wat kan wijzigen. Daar waar je op een stompbox met wat draaiknoppen zo even wat aangepast heb, moet je bij een effectprocessor door wat parameters scrollen. Afhankelijk van merk en type kan dit makkelijk tot moeilijk gaan.
Zoals ook al hier beschreven staat, kan je gitaartoon door allerlei zaken beïnvloed worden. En de gitaartoon voor ons gitaristen is belangrijk, dat is simpel. Maar hoe krijg je nu de ideale toon?
Compatibiliteit is hierbij een belangrijke factor. Zoals ook ik al bij Gitaarversterking sectie 4 heb beschreven, is impedantie hier belangrijk in. Impedantie is de maatstaf voor de elektronische weerstand in onze apparatuur. Het begint al bij de gitaar, door je effecten tot aan je gitaarversterker. Maar tussen je gitaar en de effecten zit ook nog een lengte kabel die je toon al kan beïnvloeden. Zoveel te langer deze kabel, des te meer kan je gitaartoon beïnvloed worden. Dus het is belangrijk om je gitaarkabel vanuit je gitaar tot aan je effecten zo kort mogelijk te houden. Hier kun je daar het een en ander over lezen.
Dus als je nagaat dat de lengte van de kabel tot aan je effecten al het een en ander aan toonverlies (vooral de hogere tonen) oplevert, kun je nagaan wat de rest van de elektronische apparaten (je effectpedalen met de kabels hiertussen) met je toon gaat doen.
Wat betekent “True bypass” nu eigenlijk? Zoals ik ook al in mijn begrippenlijst bovenaan heb beschreven is het letterlijk een “echte omleiding”. Het signaal wordt, wanneer de effectpedaal uit wordt gezet, rechtstreeks doorgestuurd naar de output van desbetreffende effectpedaal. Dus zonder dat de elektronica hier nog tussen zit.
Stel nu bijvoorbeeld: Je hebt maar een pedaal op je pedalboard. Wanneer je de pedaal aanzet, gaat de elektronica het een en ander doen met je gitaartoon. Wat natuurlijk ook de bedoeling is, want daar heb je die pedaal voor. Maar wanneer je deze pedaal uitzet, wordt de elektronica gebypassed (als dat een woord is). En wat krijgen we dan? Gewoon een langere kabel richting je gitaarversterker.
Dit brengt ons terug naar het verhaal van de “lange” gitaarkabels, waarbij je tonen negatief worden beïnvloed. Hoewel vaak wordt gezegd (HOT TOPIC), mijn pedaal MOET “True bypass” zijn, wordt je gitaartoon hier echter niet beter van, maar eerder slechter. Het wordt gewoon een langere kabel richting je gitaarversterker. Maar oké, wanneer je maar een paar pedalen en korte kabels gebruikt zal dit wel beperkt blijven. Pas wanneer je meerdere True bypass pedalen gaat gebruiken, kunnen je hoge tonen en helderheid worden aangetast.
Dus een “True bypass” in je effectpedaal lost je probleem absoluut niet op daar waar het gaat om het verbeteren van je toon. Het is echter niet de schuld van desbetreffende pedaal, daar wanneer deze in ingeschakeld je toon juist positief kan beïnvloeden.
Een buffer kan helpen om het zwakke hoge impedantie signaal afkomstig van je gitaar te versterken. Hierdoor kan langere kabel gebruikt worden zonder dat de hoge tonen en/of helderheid worden aangetast. De toon zal beduidend beter zijn (elektronisch gesproken), of de pedaal nu in- of uitgeschakeld staat.
Goedkope pedalen kunnen echter een lage kwaliteit gebufferde bypass hebben, zodat er alsnog toon verloren kan gaan.
Er zijn een aantal merken die standaard buffer circuits in hun pedalen hebben ingebouwd. Boss is daar een van, maar ook Ibanez en MXR.
Veel gitaristen die veel “True-bypass” pedalen gebruiken hebben de voordelen ontdekt om bijvoorbeeld minimaal een Boss pedaal aan het einde of begin van hun effectketen te gebruiken. Dit door de positieve invloed die een gebufferde pedaal heeft op de uiteindelijke gitaartoon. Misschien is dat ook de reden waarom de Boss TU-3 zo populair is. Want buiten dat dit een zeer goede gitaar tuner is, elimineert het ook nog het negatieve effect wat “True-bypass” pedalen veroorzaken.
In onderstaande YouTube video wordt dit nog eens gedemonstreerd.
Een goede effectpedaal met buffering kan dus een positief effect hebben op je gitaartoon, en de Boss TU-3 kan daar in helpen. Maar wanneer dit bij jou niet mogelijk is, bestaan er ook nog effectpedalen die specifiek hiervoor zijn uitgerust. Ook deze buffer pedalen zijn bedoeld om het verlies van je hoge tonen en gebruik van langere kabels en “True bypass” te compenseren.
Het is echter niet aan te raden om te veel van dit soort pedalen te gebruiken. Een ophoping van buffercircuits kan leiden tot een oververzadigd of onnatuurlijk geluid. Een gebalanceerde mix van gebufferde pedalen en “True bypass” is het beste idee.